5
Sem veert overeind. ‘Ruik je dat?’
Sanne snuift eens. Maar ze blijft gehurkt zitten. Ze houdt
haar hoofd iets scheef. Dan geeft ze met haar wijsvinger
een duwtje tegen de knikker. Sanne is dol op knikkeren.
Na schooltijd heeft ze eerst thuis wat gedronken. Daarna
is ze met Sem weer naar het plein gegaan. Langzaam rolt
de knikker richting het potje.
Sanne houdt haar adem even in. Ze strijkt het haar dat uit
haar staart is geraakt achter haar oor. ‘Yes,’ roept ze dan.
Vlug grabbelt ze de buit uit het potje.
Sem merkt het amper. ‘Volgens mij is er brand in de buurt.
Zullen we gaan kijken?’
Nu ruikt Sanne het ook. Ze bergt de knikkers op in haar
jaszak. ‘Goed,’ knikt ze.
Samen lopen ze het schoolplein af.
‘
Hé,’ wijst Sem. Zijn donkere ogen volgen de witte auto die
even afremt voor de bloembakken die halverwege de straat
staan. ‘Zie je dat? Politie! Volgens mij zat agent Ron achter
het stuur. Zouden ze naar de brand gaan?’
‘
Waarom?’ vraagt Sanne.‘Zehaddendesirene tochniet aan.’
Buiten het schoolhek blijft Sanne even staan. Ze kijkt zoe-
kend rond. ‘Daar!’
In de straat achter de school kringelt een dikke, grijze
